Binnen de bebouwde kom

Artikel 20

Binnen de bebouwde kom gelden de volgende maximumsnelheden:

  • a. voor motorvoertuigen 50 km per uur;
  • b. voor bromfietsen en gehandicaptenvoertuigen, uitgerust met een motor:
    • 1. op het fietspad of het fiets/bromfietspad 30 km per uur;
    • 2. op de rijbaan 45 km per uur;
  • c. voor gehandicaptenvoertuigen, uitgerust met een motor, op het trottoir of het voetpad 6 km per uur.

Je rijdt binnen de bebouwde kom zodra je verkeersbord H1, bebouwde kom, bent gepasseerd.
Het is niet zo dat voor motorvoertuigen de snelheid maximaal 50 kilometer per uur is. Op doorgaande wegen en belangrijke in- en uitvalswegen is soms de maximumsnelheid vastgesteld op 70 kilometer per uur. Verkeersborden geven dan een andere maximumsnelheid aan.
Een maximumsnelheid van 15 kilometer per uur geldt in erven. Deze snelheid geldt totdat je een erf hebt verlaten.

Je moet de snelheid aanpassen aan de omstandigheden. Dit kunnen zijn:

  • Winkelstraten
  • Scholen
  • Plaatsen waar kinderen spelen
  • Een slecht wegdek
  • Een glad wegdek
  • Het weer
  • Tram- en bushaltes
  • Oversteekplaatsen
  • Langzaam rijdend overig verkeer
  • Verkeersdrempels. Deze zijn aangelegd voor verschillende passeersnelheden. Meest gangbaar is een passeersnelheid van 15 tot 30 kilometer per uur.

Let op! Veel mensen gaan er ten onrechte van uit dat de maximumsnelheid op een autoweg 100 km per uur is. Dit geldt alleen buiten de bebouwde kom. De maximumsnelheid op een autoweg binnen de bebouwde kom is 50 km per uur, tot je het bord einde bebouwde kom gepasseerd bent.